Dag Max,

Het heeft er alles van weg dat niemand hier zo 123 weg weet met je probleem, sorry. Misschien verschijnt die nog wel, maar in de tussentijd zou je het ook eens hier kunnen proberen:
https://sciencetalk.nl/forum/viewforum.php?f=13
Misschien surft er  daar een elektronicatopper rond.

Groet, Jan

Of zoek op internet en vind bijv. https://www.mvwautotechniek.nl/thevenin/ met allicht handige aanwijzingen voor de oplossing.

De "alles-lezer zonder verstand" (die soms wel en soms niet het juiste antwoord produceert) chatGPT beweert dat de spanning 36,9 V is door je figuur en vraag "domweg" te uploaden.

Beste Max

Laten we de weerstanden nummeren. de horizontale 10ohm is R1. linker verticale 10ohm is R2. twee horizontale 30ohm zijn R3 en R4. rechter verticale 30ohm is R5 tussen A en B

methode Thévenin

a) Haal R5 weg. Dan zijn R3, R4 stroom loos, er staat geen spanning over. De spanning over het stuk van plus pool tot A is 32V. De spanning over het stuk van min pool tot B is 0V. Het verschil is de Thévenin spanning Uth=32-0=32V ofwel open klem spanning UAB.

b) Zet R5 terug op zijn plaats en sluit R5 kort. Dan is de substitutie weerstand R1234=16ohm. Hoofdstroom is 64V/16ohm=4A. Stroom door de kortsluit draad op de plaats van R5 is R2/(R2+R34)*Ihoofd=10/(10+15)*4=10/25*4=1.6A. Dat is je kortsluitstroom Isc=1.6A

c) Thévenin weerstand is Rth=Uth/Isc=32/1.6=20ohm

d) Stroom sterkte in R5 is I5=Uth/(Rth+R5)=32/(20+30)=0.64A

Ga na -- deze I5=0.64A vind je ook op de "gewone" manier zonder Thévenin.

Thévenin lijkt een slimme manier in een schakeling waar de stroom en spannings wetten van Kirchhoff leiden tot een stelsel van veel lineaire vergelijkingen met even veel onbekenden. Maar ook zo'n Kirchhoff stelsel los je makkelijk op met matrices (regel van Cramer of Gaussian elimination plus backward substitution).

mvg, Ibtihal

Danku voor de uitleg Ibtihal, echter zijn de oplossingen niet correct. Dit zijn de juiste oplossingen:

(c) VT = 19.2 V en RT = 12 Ω

Zo ben ik ze bekomen:

Beste Max

Je vraag naar de thévenin spanning Uth en thévenin weerstand Rth is door mij kennelijk anders opgevat dan bedoeld. Mijn opvatting: bereken Uth en Rth voor het geval R5 afwezig is, zodat je hiermee de stroom I5 kan berekenen als R5 wel aanwezig is. Voor die opvatting is mijn uitwerking correct.

Bedoeld is kennelijk: bereken Uth en Rth voor het geval R5 wel aanwezig is, zodat je hier mee de stroom in een (niet afgebeelde) weerstand kan berekenen.

In je bijlage staat bij vraag c "door gebruik te maken van opgave 4 (a) en (b)". Dat stond niet in je eerste post en ik weet niet wat bij opgave 4ab gebeurt. In een volgend geval is het raadzaam dat je de hele opgave post, zoals in je bijlage. Dat bespaart beantwoorders vergeefse moeite. Kijk post 21:13: zelfs ChatGPT vond niet Uth=19.2V maar 36.9V!!!

Als je in vraag 5c deel II met kortsluit stroom Isc bedoelt de stroom door een weerstand loze draad die je aansluit tussen A en B (R5 wordt kort gesloten), dan zijn we het eens over Isc=1.6A. Hoe je die 1.6A berekent, is me helaas een raadsel. als ik t goed zie doe je Isc=I1+3=Vin/(R1+R3)=64/(10+30)=1.6A. Waarom staan R2 en R4 hier niet bij? en 64V staat toch over de hele schakeling, niet over R1+R3?

De thévenin methode heb ik nog nooit gebruikt. komt er zo te zien op neer dat je de afgebeelde schakeling beschouwt als een spannings bron met een bronspanning 64V, een klemspanning Uth=UAB en een inwendige weerstand Rth. Nadat je Uth en Rth hebt berekend, kan je hier mee de stroom in een externe R berekenen.

mvg, Ibtihal

De complete vraag en figuur en chatGPT antwoord (al dan niet correct - net als Ibtihal heb ik nooit met Theverin gewerkt)