Hallo,
Ik moet dus een vraagstuk oplossen maar ik begrijp de 2de vraag niet.
Dit is het vraagstuk:
De punten A, B en C vormen de hoekpunten van een gelijkzijdige driehoek
met zijde 5,0 cm. In A en B bevinden zich ladingen van respectievelijk 2,0 nC
en 1,0 nC. Bepaal de grootte van de elektrische veldvector in C. Welke hoek
maakt hij met de zijde AB?
Antwoord:
(9,5 . 10³ N/C; 79,0°)
Ik begrijp hoe je de grootte van de elektrische veldvector berekent maar niet hoe je de hoek berekent.