spanning in een touw / waslijn

Naam stelde deze vraag op 28 juni 2024 om 17:10.

Zou iemand hiermee kunnen helpen aub? Ik heb geen idee hoe ik hieraan kan beginnen.

 

Reacties

Theo de Klerk op 28 juni 2024 om 17:44

Wat begrijp je van kracht en spankracht in een draad?

Wat van "evenwicht betekent netto geen kracht"? Dwz een 2 kg massa (20 N gewicht) hangt alleen maar stil als die zwaartekracht (naar beneden) wordt gecompenseerd naar boven (ook 20 N).  En die kracht moet door de draad geleverd worden.  De vertikale component van die kracht is  20 N. Maar de echte kracht is gericht langs de draad. Dus met je kennis van (kracht)vectorsamenstelling en -ontbinding, hoe groot is dus de spanning langs de draad?

Naam op 28 juni 2024 om 19:34

Dag Theo

Ik heb het verder ontbonden en dan gebruik gemaakt van SOS CAS TOA?

Tan= Overstaande/ Aanstaande

Dus: Tan=Ft/20N? Hoe moet ik dan verder?

Theo de Klerk op 28 juni 2024 om 20:45

Zie ook https://www.natuurkunde.nl/vraagbaak/80868/kabel-tussen-2-palen-wetten-van-newton

Het is duidelijk dat je een cosinus of sinus moet gebruiken (de draad is de schuine zijde, de vertikaal de korte rechte zijde, dus tangens is niet zo geschikt) en uit je figuur moet je dan de hoek bepalen. Je weet de kracht omhoog dus kun je uitrekenen hoe groot de kracht langs de schuine lijn is.

Maar hier wordt gevraagd naar een situatie die met figuur 1 overeenkomt. Daarvoor gelden dezelfde regels, maar je hoeft ze niet uit te rekenen. Alleen de situaties te vergelijken.

  • Dan valt als eerste figuur 2 af. Immers gelijke lengte als in 1 maar half zo grote doorbuiging. Dan moet bij 2 de spankracht groter zijn dan bij 1.
  • Figuur 3 zakt evenveel door als figuur 1. Maar het touw is dubbel zo lang. De spanning is dan veel groter (immers de cos hoek = kracht omhoog / spanningskracht en de hoek bij fig 3 is duidelijk anders dan bij 1)
  • Blijft over... waarom?

 

 

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft negen appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)