Werking van een dynamo
Lisa stelde deze vraag op 01 februari 2024 om 18:20.Goedenavond,
Ik ben momenteel bezig in het hoofdstuk over Elektromagnetisme en mijn vraag gaat over de werking van een dynamo, of wat specifieker; hoe de richting van de inductiestroom kan worden bepaald in een dynamo.
In de bijlagen ziet u drie methoden om de inductiestroom af te leiden middels onder andere de tweede rechterhandregel.
Ik weet dat het lastig is zo via een scherm, maar weet u de drie voorbeelden misschien wat beter te visualiseren voor me? Ik vind het toch wel lastig om die rechterhandregel zo te gebruiken en ik snap niet zo goed wat ze precies bedoelen met elke beweging die ze omschrijven met betrekking tot de tekening in mijn boek.
Alvast bedankt.
Vriendelijke groet,
Lisa
Reacties
dag Lisa,
definitieprobleempje: je tekst heeft het over een tweede rechterhandregel (wat dus ook een eerste veronderstelt) en een linkerhandregel. Geen idee wat die regels voorstellen: ik doe alles met één rechterhand:
- gestrekte duim stroomrichting
- vingers magnetische flux
- duwrichting open handpalm = richting lorentzkracht
Vraag: moet jij die verschillende .....handregels aan anderen uitleggen? Zo niet, dan is één aanpak begrijpen wellicht ook al voldoende. Dit is mijn algemene rechterhandregel:
voor een spoel pas je dat dan bijv zo toe:
Dan dat visualiseren, helpt het daarná als je bij zo'n uitleg eens naar een bewegende dynamo kijkt?:
https://www.walter-fendt.de/html5/phnl/generator_nl.htm
groet, jan
• Het gaat om een dynamo, bedoeld om een stroom op te wekken. Deze stroom is de inductiestroom die in de spoel wordt opgewekt. Met de inductiestroom kan bij voorbeeld een lamp branden. De inductiestroom ontstaat doordat de magnetische flux in de spoel verandert wanneer de spoel draait in het magnetische veld van de getekende noordpool en zuidpool.
• Met een kromme pijl in de hoek rechts boven is getekend hoe we de spoel draaien. Gezien vanaf de schijven C1 en C2 draait de spoel met de wijzers van de klok mee. De zijde QR beweegt omlaag. De zijde PS beweegt omhoog.
• Zoals getekend, heeft de spoel een 'bovenkant' (bekijk de spoel vanaf een punt boven het geheel) en een 'onderkant' (bekijk de spoel vanaf een punt onder het geheel).
• Tot zover akkoord?
Methode 1
• Als de spoel vanuit de getekende positie iets draait, nadert de bovenkant van de spoel de zuidpool Z van de magneet. Gevolg: in de spoel wordt een inductiespanning opgewekt.
• Stel dat er een gesloten stroomkring is doordat we een lamp (niet getekend) aansluiten op de aansluitpunten B1 en B2 van de dynamo. De inductiespanning veroorzaakt in de stroomkring een inductiestroom.
• Volgens de wet van Lenz is de inductiespanning zodanig, dat de inductiestroom de verandering 'bovenkant van spoel nadert Z' tegenwerkt. De inductiestroom maakt dus van de bovenkant van de spoel een zuidpool, die de getekende Z afstoot.
• De gecreëerde zuidpool aan de bovenkant van de spoel hoort bij magnetische veldlijnen (veroorzaakt door de inductiestroom, niet door de vaste magneten) die in de spoel verticaal naar onder wijzen. De veldlijnen komen aan de onderkant uit de spoel, dus de onderkant wordt de noordpool van de spoel.
• Om in de spoel veldlijnen naar onder te krijgen, moet de inductiestroom in de spoel volgens je favoriete richtingregel lopen van P via S en R naar Q. Rechterhandregel: laat je uitgetrekte duim verticaal naar onder wijzen (=richting van de gecreëerde veldlijnen in de spoel). Je gekromde vingers wijzen nu in de richting van P via S en R naar Q. Dat is de richting van de opgewekte inductiestroom.
Zo duidelijk?
Wil je zulke uitleg ook voor methode 2 en 3?
Groet, Jaap