Ik heb de indruk dat je een verkeerd idee van "vacuum" hebt. Vacuum "doet" niks. Zaken gaan bewegen doordat er een kracht op ze wordt uitgeoefend. De aarde trekt aan de atmosfeerdeeltjes. Die zouden plat op de aarde vallen of er nu een vacuum omheen zit of niet.
Niet alles ligt plat op aarde omdat het gas een druk opbouwt waardoor luchtdeeltjes tegendruk aan de aantrekkingskracht geven. Netto resulteert dit in een atmosfeer die rondom de aarde "plakt" als een deken van zo'n 700 km hoog (en rond 10 000 km zo ijl is dat het "vacuum" van de wereldruimte wordt bereikt).
Limonade door een rietje zuig je niet. De atmosfeer duwt limonade naar beneden.
De luchtlagen "wegen" op onderliggende lagen. Zo neemt de luchtdruk naar beneden toe, toe: tot 1 atmosfeer en die druk duwt alle kanten op. Zo voorkomt het dat de lucht plat op aarde ligt.
Doordat in je mond een lagere druk heerst (je haalt lucht uit je mond weg en verplaatst die naar je longen) wordt de limonade omhoog geduwd door de atmosfeer.
Op dezelfde manier zuigt een stofzuiger alles op: de lucht duwt het vuil de slang in. De stofzuigermotor zorgt voor een lagere druk in de stofzak. De luchtdruk duwt alles richting slang.
Een afgesloten buis die vrijwel vacuum zal zijn, wordt hooguit door 76 cm hoog kwik gevuld. Als de buis een meter hoog zou zijn, blijft 100-76=24 cm ongevuld (en vacuum). Die 76 cm hoge kwik kolom weegt (per cm
2) net zoveel als de lucht (ook per cm
2) die kwik de buis induwt. Dan zijn de krachten omhoog (lucht) en naar beneden (kwikkolom) gelijk en stopt de beweging als 76 cm hoogte bereikt wordt. Water weegt minder, dan is ruim 10 meter nodig om dezelfde gewichtskracht naar beneden te bereiken als de lucht omhoog duwt.
De tekening boven toont steeds eenzelfde volume (waar naar onderen toe steeds meer lucht in zit en dus meer gewicht heeft) die toont hoe gewicht en luchtdruk elkaar opheffen en de luchtlaag op zijn plaats blijft. Op de grond geven de luchtlagen een druk van 1 atmosfeer en die kracht daardoor op het volume is gelijk aan het gewicht van zo'n volume: de lucht blijft op zijn plaats.
Als er links een wat lagere druk is dan rechts dan zal een wind waaien (lucht verplaatst zich) van rechts naar links. Briesje (klein verschil) tot orkaan (groot verschil).
Vacuum doet dus niks. Er zijn krachten nodig uitgeoefend op materialen die daardoor het vacuum vullen.