Dan snap je de 3e wet toch niet. Het stelt dat een kracht door voorwerp A op B uitgeoefend, een gelijke tegengestelde kracht van B op A geeft.
Dat beide krachten gelijk groot en tegengesteld zijn betekent niet dat ze elkaar opheffen (dan zou er nooit iets bewegen). Het gaat steeds om die kracht en alle andere krachten op HETZELFDE voorwerp. Dat bepaalt of er iets beweegt.
Bekijk onderstaande tekening. De krachtpijlen staan soms voor de duidelijkheid naast elkaar getekend omdat ze in werkelijkheid deels overelkaar zouden staan omdat ze in het zelfde punt aangrijpen.
Helemaal links staan de actie/reactieparen:
- zwaartekracht aarde op gebouw (in tekening alleen blauwe deel) / zwaartekracht (blauwe) gebouw op aarde
- gewicht gebouw op grond / normaalkracht grond op gebouw
- gewicht bruine bovenbouw op blauwe onderbouw / normaalkracht blauwe onderbouw op bruine bovenbouw
Er zijn nog veel meer krachtenparen te bedenken, maar dit zijn de hoofdspelers.
De middelste tekening geeft een gebouw aan dat stabiel staat. Alle krachten hebben netto geen werking.
- Daarvoor moet je alle krachten OP het bruine deel bekijken: normaalkracht omhoog, zwaartekracht naar beneden. Resultante 0 N. Bruin beweegt niet, stabiel.
- Alle krachten OP het blauwe deel: zwaartekracht naar beneden, normaalkracht grond omhoog (dit is de reactie op het gewicht van het blauwe deel EN het bruine deel). De krachten op het blauwe deel zijn ook netto 0 N: stabiel
Als een gebouw instort, dan is de normaalkracht van het blauwe deel op het bruine onvoldoende. De constructie kan het gewicht niet meer houden (stabiliteitsconstructies vernield). Nu is er een netto kracht op het bruine deel naar beneden. Het gebouw stort in. (vergelijk: je staat op een betonnen vloer (stabiel, normaalkracht vloer = jouw gewicht) of op een papieren vloer (instabiel, normaalkracht papier < jouw gewicht: je zakt erdoor/papier scheurt).