Sandjana
stelde deze vraag op
24 januari 2023 om 19:00.
Goede dag. Ik had deze som eerder geplaatst en er werd t.e.m. c goed gemaakt. Zou u me verder kunnen uitleggen, wanneer de schakel gesloten is, hoe ik verder moet gaan?
Sandjana
Reacties
Jaap
op
24 januari 2023 om 21:49
Dag Sandjana, d. Als S gesloten is, zijn er op de spanningsbron (=Ub en Ri samen) drie parallelle takken aangesloten: de tak met R1 en R2 in serie, de tak met R3 en de tak met de ampèremeter en de gesloten S. De laatstgenoemde tak heeft vrijwel geen weerstand. Want de weerstand van een ampèremeter en een gesloten schakelaar is zeer klein. Gevolg: vrijwel alle stroom van de spanningsbron gaat door deze laatste tak. De takken met R1 en R2 en de tak met R3 doen niet mee. Gevolg: je kunt de schakeling bij benadering zien als een enkele stroomkring, bestaande uit Ub, Ri, A en S. De stroom ondervindt alleen de weerstand van Ri. Je weet al hoe groot Ub is. Hiermee kun je de stroomsterkte berekenen.
e. In het diagram komt de stroomsterkte I op de horizontale as en de klemspanning Uk op de verticale as. Bij stroomsterkte I=0 A is de klemspanning gelijk aan de bronspanning Ub, en die weet je al. Als er een stroom loopt, is de klemspanning gelijk aan Ub minus de spanning over de inwendige weerstand Ri. Die laatste spanning is Ui=I·Ri en je weet al hoe groot Ri is. Er geldt Uk=Ub–I·Ri. Hiermee kun je de rechte, dalende grafiek tekenen. Groet, Jaap
Sandjana
op
24 januari 2023 om 22:49
Ik heb geprobeerd om uw uitleg een beetje te begrijpen en ben tot conclusie gekomen dat het ongeveer zo in elkaar zit, maar ik weet niet precies. Zou u kunnen kijken wat ik fout heb, of ik goed heb berekend?