Melissa
stelde deze vraag op
10 november 2022 om 11:41.
In dit geval is toch alleen de Baansnelheid van A en B gelijk? Of ook de hoeksnelh en omloopstijd?
Alvast bedankt!
Reacties
Jaap
op
10 november 2022 om 11:47
Dag Melissa, Dat is juist. De baansnelheid van een punt op de omtrek van wiel A en B is even groot. De hoeksnelheid en de omlooptijd van A en B zijn ongelijk. Groet, Jaap
Theo de Klerk
op
10 november 2022 om 12:09
Door de ketting tussen beide worden ze gedwongen steeds dezelfde lengte ketting te draaien: gelijke baansnelheid of snelheid van een punt op de rand. Omdat de omtrek van beide wielen anders is (immers afhankelijk van straal r) hebben ze bij gelijke afstand langs de omtrek een verschillende hoek gedraaid: andere hoeksnelheid.
(voorbeeld: neem 2 wielen met resp 1 en 2 m straal. Draai de kleine van 1 m een keer helemaal rond in een seconde. Afgelegde weg = omtrek = 2πr = 2π. De hoeksnelheid is 360º/s, normaal uitgedrukt als 2π rad/s. Het grotere wiel heeft ook een afstand van 2π gedraaid: evenveel als het kleinere wiel. Maar voor het grote wiel is de omtrek 2π 2 = 4π. De afgelegde weg is dus 1/2 omtrek en daardoor is ook maar 180º of π radialen gedraaid: hoeksnelheid is de helft van die van het kleine wiel: π rad/s.)