Voltmeter en Ampèremeter
Maxime stelde deze vraag op 12 juni 2022 om 15:13.Hey, een vraagje over de ampèremeter en voltmeter!
Ik had een aantekening gemaakt in de les, maar ik weet niet meer hoe het in elkaar zit 😅.
Ik had opgeschreven dat de voltmeter zo'n hoog mogelijke weerstand moet hebben, omdat je niet wilt dat er stroom doorheen loopt. Een ampère meter daarentegen, moet zo'n laag mogelijke weerstand hebben, omdat je wilt dat er wel stroom doorheen loopt. Nu snap ik niet waarom er door die meters stroom of geen stroom loopt en waarom dat handig zou zijn.. vooral snap ik het niet met die spanningsmeter..
(waarschijnlijk is dit eigenlijk een hele makkelijke vraag😂)
Vriendelijke groet,
Maxime :)
Reacties
Jaap
op
12 juni 2022 om 16:33
Dag Maxime,
Een spanningsmeter of voltmeter gebruik je om de spanning over een onderdeel te meten, zeg een lamp. De spanning over de lamp is de elektrische energie die een lading van 1 coulomb in de lamp omzet. Hiervoor heeft de spanningsmeter twee voelsprieten nodig, voor en na de lamp. Dat zijn de snoeren. De voltmeter is parallel geschakeld met de lamp. Met de voelsprieten voelt de voltmeter het energieverschil voor en na de lamp. Klaar. Het is hiervoor niet nodig dat er een merkbare stroom door de voltmeter loopt. Sterker nodig, het is ongewenst dat er een merkbare stroom door de voltmeter loopt. Want je wilt juist dat de stroom door de lamp gaat zodat je licht krijgt. Er gaat vrijwel geen stroom door de voltmeter als je zorgt dat de voltmeter een zeer hoge weerstand heeft. Miljoenen ohm.
Een stroom(sterkte)meter of ampèremeter gebruik je om de stroomsterkte in de lamp te meten. Je sluit de ampèremeter aan in serie met de lamp. Zo weet je zeker dat de stroom door de lamp die wilt je meten, dezelfde stroom is als de stroom door de ampèremeter. Met de ampèremeter wil je natuurlijk niet de stroom door de lamp hinderen, belemmeren, verminderen. Daarom moet de ampèremeter een zeer kleine weerstand hebben.
Duidelijk zo?
Groet, Jaap
Een spanningsmeter of voltmeter gebruik je om de spanning over een onderdeel te meten, zeg een lamp. De spanning over de lamp is de elektrische energie die een lading van 1 coulomb in de lamp omzet. Hiervoor heeft de spanningsmeter twee voelsprieten nodig, voor en na de lamp. Dat zijn de snoeren. De voltmeter is parallel geschakeld met de lamp. Met de voelsprieten voelt de voltmeter het energieverschil voor en na de lamp. Klaar. Het is hiervoor niet nodig dat er een merkbare stroom door de voltmeter loopt. Sterker nodig, het is ongewenst dat er een merkbare stroom door de voltmeter loopt. Want je wilt juist dat de stroom door de lamp gaat zodat je licht krijgt. Er gaat vrijwel geen stroom door de voltmeter als je zorgt dat de voltmeter een zeer hoge weerstand heeft. Miljoenen ohm.
Een stroom(sterkte)meter of ampèremeter gebruik je om de stroomsterkte in de lamp te meten. Je sluit de ampèremeter aan in serie met de lamp. Zo weet je zeker dat de stroom door de lamp die wilt je meten, dezelfde stroom is als de stroom door de ampèremeter. Met de ampèremeter wil je natuurlijk niet de stroom door de lamp hinderen, belemmeren, verminderen. Daarom moet de ampèremeter een zeer kleine weerstand hebben.
Duidelijk zo?
Groet, Jaap
Theo de Klerk
op
12 juni 2022 om 17:35
In feite vormt de voltmeter een weerstand parallel aan de weerstand waarover je het voltage wilt weten. En soms, door de schakelaarstand te veranderen, de weerstandgrootte zelf.
In een parallelle schakeling wordt de stroom altijd langs beide paden geleid (en dus door de voltmeter). Je wilt echter dat de stroom door de voltmeter zo klein mogelijk is en dat "praktisch gesproken" alle stroom door die te meten weerstand gaat. Dan kun je niet alleen voltage meten maar ook eruit berekenen dat R = U/I waarbij I vrijwel de complete stroom is en dus R de vrijwel goede waarde (omdat de I de vrijwel complete stroom is).
Een voltmeter "verstoort" de schakeling dus minimaal. Door zelf een bijna oneindige weerstand te hebben zal in de parallelschakeling vrijwel geen stroom door de voltmeter lopen. En is het dus net alsof die meter geen invloed uitoefent. Dat beetje dat wel doorkomt is nodig om de spanning te meten doordat de meter uitslaat (wijzer) of digitale waarde kan aangeven.
Bij een stroommeter wil je dat die zich als stukje draad manifesteert - bijna geen weerstand heeft zodat er over de meter bijna geen spanningsval optreedt (U= IR = I x bijna niks = bijna niks) maar wel alle stroom meet die door de meter/draad heen gaat.
In een parallelle schakeling wordt de stroom altijd langs beide paden geleid (en dus door de voltmeter). Je wilt echter dat de stroom door de voltmeter zo klein mogelijk is en dat "praktisch gesproken" alle stroom door die te meten weerstand gaat. Dan kun je niet alleen voltage meten maar ook eruit berekenen dat R = U/I waarbij I vrijwel de complete stroom is en dus R de vrijwel goede waarde (omdat de I de vrijwel complete stroom is).
Een voltmeter "verstoort" de schakeling dus minimaal. Door zelf een bijna oneindige weerstand te hebben zal in de parallelschakeling vrijwel geen stroom door de voltmeter lopen. En is het dus net alsof die meter geen invloed uitoefent. Dat beetje dat wel doorkomt is nodig om de spanning te meten doordat de meter uitslaat (wijzer) of digitale waarde kan aangeven.
Bij een stroommeter wil je dat die zich als stukje draad manifesteert - bijna geen weerstand heeft zodat er over de meter bijna geen spanningsval optreedt (U= IR = I x bijna niks = bijna niks) maar wel alle stroom meet die door de meter/draad heen gaat.
Maxime
op
12 juni 2022 om 18:15
Ja, het is duidelijk nu! Dankjewel!! :)