Omgekeerd evenredig
Emilie stelde deze vraag op 30 december 2021 om 13:10. Waarom wordt de slinger lengte groter en niet kleiner aangezien het omgekeerd evenredig is?
Reacties
Jan van de Velde
op
30 december 2021 om 13:24
Dag Emilie,
Hoe bedoel je "omgekeerd" evenredig? De tekst in die afbeelding van wat zo te zien een uitwerking van een oefening is heeft het toch over recht evenredig?
En dat laatste klopt: hoe langer de slinger, hoe groter de trillingstijd. Kun je ook thuis eenvoudig nagaan: een stukje touw en iets om daaraan vast te binden zijn in elk huis te vinden. Ook helemaal in lijn met de waarnemingen dat grotere en zwaardere instrumenten in het algemeen lagere tonen voortbrengen.
Groet, Jan
Hoe bedoel je "omgekeerd" evenredig? De tekst in die afbeelding van wat zo te zien een uitwerking van een oefening is heeft het toch over recht evenredig?
En dat laatste klopt: hoe langer de slinger, hoe groter de trillingstijd. Kun je ook thuis eenvoudig nagaan: een stukje touw en iets om daaraan vast te binden zijn in elk huis te vinden. Ook helemaal in lijn met de waarnemingen dat grotere en zwaardere instrumenten in het algemeen lagere tonen voortbrengen.
Groet, Jan
Theo de Klerk
op
30 december 2021 om 13:35
Evenredig met de wortel, ∝ √x , is niet hetzelfde als omgekeerd evenredig ∝ 1/x
Emilie
op
30 december 2021 om 14:26
Oh zo ik snap hem 😀😀
Ik heb ook nog een ander vraagje over trillingen
waarom mag je bij e nu gewoon t pakken zonder rekening te houden dat je bij t moet beginnen met tellen als phi gelijk is aan 0?

Ik heb ook nog een ander vraagje over trillingen
waarom mag je bij e nu gewoon t pakken zonder rekening te houden dat je bij t moet beginnen met tellen als phi gelijk is aan 0?


Theo de Klerk
op
30 december 2021 om 14:44
Een fase verschil is dat: fase 2 - fase 1 En heeft alleen zin als je twee trillende bewegingen vergelijkt die identiek zijn (zelfde f, λ en v), alleen in tijd verschoven qua uitwijking - dus op een ander tijdstip begonnen met trillen of vanaf een andere afstand of allebei.
Hier beginnen beide slingers op t=0 maar met een verschillende richting voor de begin-uitwijking. Dat verschil blijft behouden want ze voeren dezelfde beweging uit, alleen niet met dezelfde beginbeweging.
Dus of je nu eerst alles terugrekent naar t= 0 s of "domweg" de tijd t = 2,4 s pakt, maakt niet uit. Wat is makkelijker te vinden? Het verschil in fase is in beide gevallen hetzelfde.
t begint niet te tellen als φ = 0. De afspraak is dat φ = 0 bij de eerste opgaande beweging. Dat kan op t = 0 s zijn (en in veel sommen is dat zo om geen nodeloze extra berekeningen te moeten doen), maar hoeft niet. Als ik een slinger stil houd en op t=5 s los laat, dan loopt de tijd door naar t=6 s enz en fase φ = 0 is dan bij de eerste opgaande uitwijking. Daarvoor tellen we de fase als negatief.
Bij de gegeven grafieken gaat slinger 1 pas op t = 0,67 s (of in die buurt) omhoog en heeft fase 0.
De andere slinger gaat meteen omhoog een heeft op t = 0 fase 0, maar op t =0,67 gaat die door de evenwichtsstand naar beneden: fase 0,5. Wat is dus het faseverschil op t= 0,67 s?
Hier beginnen beide slingers op t=0 maar met een verschillende richting voor de begin-uitwijking. Dat verschil blijft behouden want ze voeren dezelfde beweging uit, alleen niet met dezelfde beginbeweging.
Dus of je nu eerst alles terugrekent naar t= 0 s of "domweg" de tijd t = 2,4 s pakt, maakt niet uit. Wat is makkelijker te vinden? Het verschil in fase is in beide gevallen hetzelfde.
t begint niet te tellen als φ = 0. De afspraak is dat φ = 0 bij de eerste opgaande beweging. Dat kan op t = 0 s zijn (en in veel sommen is dat zo om geen nodeloze extra berekeningen te moeten doen), maar hoeft niet. Als ik een slinger stil houd en op t=5 s los laat, dan loopt de tijd door naar t=6 s enz en fase φ = 0 is dan bij de eerste opgaande uitwijking. Daarvoor tellen we de fase als negatief.
Bij de gegeven grafieken gaat slinger 1 pas op t = 0,67 s (of in die buurt) omhoog en heeft fase 0.
De andere slinger gaat meteen omhoog een heeft op t = 0 fase 0, maar op t =0,67 gaat die door de evenwichtsstand naar beneden: fase 0,5. Wat is dus het faseverschil op t= 0,67 s?
Jaap
op
30 december 2021 om 21:32
Dag Emilie,
Opgave 12e gaat over de slingers 2 en 3. In de rechter figuur kun je zien dat slinger 2 op t=0 s vanuit de evenwichtsstand een positieve uitwijking u krijgt, zodat zijn fase op dat moment nul is. In de tekst staat 'Slinger 3 beweegt op t=0 s vanuit de evenwichtsstand omhoog'; men bedoelt dat slinger 3 op dat moment een positieve uitwijking u krijgt (omhoog in het diagram). Dus slinger 3 heeft op t=0 s ook fase nul. Omdat beide slingers op t=0 s dezelfde fase hebben, mag je bij e gewoon t pakken. De uitwerking van Systematische Natuurkunde met de uitkomst Δφ=8/27≅0,30 is correct. Duidelijk zo?
Opgave 12e gaat over de slingers 2 en 3. In de rechter figuur kun je zien dat slinger 2 op t=0 s vanuit de evenwichtsstand een positieve uitwijking u krijgt, zodat zijn fase op dat moment nul is. In de tekst staat 'Slinger 3 beweegt op t=0 s vanuit de evenwichtsstand omhoog'; men bedoelt dat slinger 3 op dat moment een positieve uitwijking u krijgt (omhoog in het diagram). Dus slinger 3 heeft op t=0 s ook fase nul. Omdat beide slingers op t=0 s dezelfde fase hebben, mag je bij e gewoon t pakken. De uitwerking van Systematische Natuurkunde met de uitkomst Δφ=8/27≅0,30 is correct. Duidelijk zo?