dag Floor,

 nee

 dat dan weer wel: als die arbeid geheel ten goede komt aan (of ten koste gaat van) de bewegingsenergie.
Als er geen verliezen zijn dan kun je zeggen F·s = Δ½m·v²

Hangt af van je referentiekader, maar als een bewegingsrichting positief is, dan dus wel

 Je zou een voorwerp kunnen afremmen m.b.v. een veer of zo: de veer oefent dan een kracht uit op het voorwerp over de afstand van zijn indrukking (of uitrekking) . Dus nee, warmte is slechts een van de vele mogelijke uitkomsten van een arbeid tegen de bewegingsrichting in. 

Groet, Jan

In aanvulling op het bovenstaande…
• Vraag 1, tweede deel
Je kunt de verandering van de bewegingsenergie ΔE_k berekenen met W_totaal=F_res·s
wanneer de resulterende kracht F_res werkt in dezelfde richting als de verplaatsing s.
Volgens de 'relatie tussen arbeid en kinetische energie' is de verandering van de kinetische energie van een voorwerp gelijk aan de totale arbeid W_totaal van de krachten die op het voorwerp werken. ZIe Binas tabel 35A4: 'wet van arbeid en energie'.
De totale arbeid W_totaal op het voorwerp is de som van de porties arbeid die de 'losse' krachten op het voorwerp verrichten. Bij voorbeeld spierkracht en wrijvingskracht.
Ook goed: W_totaal is de arbeid van de resulterende kracht F_res op het voorwerp →
W_totaal=F_res·s wanneer F_res werkt in dezelfde richting als de verplaatsing s.
(In het vwo: W_totaal=F_res·s·cos(α) of W_totaal=oppervlak in F_res,s-diagram.)
Deze relatie W_totaal=ΔE_k geldt ook als er wrijvingswarmte ontstaat, als een veer wordt ingedrukt, als een voorwerp omhoog gaat enzovoort.
• Vraag 2: een kracht die tegen de verplaatsing van een bewegend voorwerp in werkt, verricht negatieve arbeid. Als je duwt tegen een steen die stil blijft liggen op de grond, verricht de tegenwerkende schuifwrijvingskracht geen arbeid.
Groet, Jaap