dag Daan,
pak dat aan zoals je dat eigenlijk altijd hoort te doen, via de mantra
gegeven / gevraagd / formule / invullen / uitrekenen / eenheidom met die eerste stappen te beginnen:
gegeven:P= 1100 W
t= 4 min
gevraagd:kosten energie = ??
We missen een gegeven :( namelijk de kosten van een hoeveelheid energie, bijvoorbeeld zoveel euro voor een joule of voor een kilowattuur.
Dus laat ik voorlopig de vraag voor jou even iets anders formuleren:
Een magnetron heeft een vermogen van 1100 W. Een kant-en-klaar maaltijd moet 4 minuten in de magnetron om hem op te warmen. Bereken hoeveel elektrische energie het kost om de maaltijd op te warmen.
gegeven:
P= 1100 W
t= 4 min
gevraagd:
E = ??
voor de volgende stap, formule, moet je je nu gaan afvragen of je een formule kent met de grootheden uit je gegevens en gevraagd, die
P,
t en
E die nu zo overzichtelijk onder elkaar staanKen je die? Zo nee, dan krijg je deze oefening voordat je de theorie goed behandeld hebt, en zul je eerst iets aan die theorie moeten doen.
groet, Jan
