Maarten
stelde deze vraag op
25 september 2005 om 19:01.
De explosie van het kruit in een geweer oefent een kracht uit op de kogel. De kogel (m = 20 g) versnelt in 0,1 s tot 2500 km/h. De massa van het geweer is 12 kg. a. Bereken de versnelling van de kogel. b. Bereken de kracht op de kogel. c. Hoe groot is de kracht op het geweer? d. bereken de versnelling van het geweer.
Hoe los ik dit op? :'( Maarten
Reacties
Jaap
op
25 september 2005 om 19:35
Dag Maarten,
a Probeer eens de definitie van de versnelling: a=Δv/dΔt In welke eenheid moest je de snelheid (en dus ook Δv) ook alweer invullen?
b Ken je de formule Fres=m*a ? Die komt hier van pas, want vraag a heb je nu al opgelost.
Over eenheden gesproken ... hoe zit dat bij de massa? We nemen aan dat de geweerloop horizontaal is (geen invloed van zwaartekracht) en dat de wrijvingskracht verwaarloosbaar is.
c Haal de derde wet van Newton eens onder het stof vandaan...
d zie b Of anders: het geweer is ... maal zo zwaar als de kogel, dus de versnelling van het geweer is .... als de vers......
Succes, Jaap K
Maarten
op
25 september 2005 om 19:47
Klopt het zo? a. 694.4 / 0.1 = 6944.4 m/s² b. 0.02 * 6944 N = 138.88 N c. Actie = Reactie, ofwel de beide krachten zijn evengroot: 138.88 N d. a = F/m = 138.88/12kg = 11.57 m/s²
Wie controleert me? ;)
Jaap
op
25 september 2005 om 21:01
Dag Maarten,
Klopt bijna helemaal. Bij b:
niet "0,02*6944 N" maar "0,02*6944 m/s²".
Details: laat bij a zien hoe je aan die 694,4 komt; schrijf bij a en b eerst de formule op om duidelijk te maken wat je aan het doen bent; en in plaats van een decimale punt gebruiken we een komma.