Beste Paul,

Hoe het kookpunt van water van de druk afhangt is niet gemakkelijk. Je moet dus in tabellen opzoeken hoe groot deze is bij 15 bar in een tabellenboekje.

je schrijft " ..... en het water wordt sneller warm."

De soortelijke warmtecapaciteit is bij 15 bar ietsje anders dan bij 1 bar, omdat water niet heel samendrukbaar is. Dit effect is echter klein genoeg om te verwaarlozen.  Dus bij een constante energietoevoer duurt het even lang om je paninhoud een graadje op te warmen.
Omdat het kookpunt omhoog gaat en de soortelijke warmtecapaciteit bijna niet verandert duurt het uiteraard langer om aan de kook te komen.

 Groeten, Melvin

Kan iemand mij alsjeblieft uitleggen wat die formule betekent? (t=c*m*ΔT/P)
Ik zit in de tweede en heb laatst voor natuurkunde een opdracht gekregen over warm water koken. We moesten 5 temperaturen meten en in een formule uitleggen hoe snel water opwarmt. En ik snapte er niks van, zou iemand me kunnen helpen?
Alvast Bedankt! 
Emma

En leg het me alsjeblieft uit alsof ik een 6 jarige ben, ik ben de slimste niet🥲

 dag Emma,

c*m*ΔT (soortelijke warmtecapaciteit x massa x temperatuursverandering) herken je hopelijk als de formule waarmee je uitrekent hoeveel warmte(=energie) het kost om een bepaald voorwerp van een bepaalde stof een bepaald aantal graden op te warmen

dat is dus een energie E. 
substitueren we dat, dan zien we:
t = E / P

en die formule komen we vaker tegen, meestal in de vorm E= P x t of P = E / t 

Beantwoordt dit jouw vraag? 

Groet, Jan

Bedankt Jan, ik snap de formule nu inderdaad wel, maar als tweede klasser zijn we nog lang niet zo ver in de scheikundige formules, en zullen mijn docenten denken dat ik het van het internet heb. 

is er een makkelijkere manier dat je het kan uitleggen? 

sorry voor de kieskeurigheid
emma

cmΔT  is de energie die nodig is om een massa m met een soortelijke warmte c een aantal graden ΔT te verwarmen.

Die energie moet ergens vandaan komen. Een vuurtje, een boiler, een verwarmingsspiraal. Die energie noemen we maar even E.
Veel apparaten geven aan hoeveel energie ze in een seconde leveren: vermogen P.  Als je dat weet dan weet je ook hoe lang het zal duren voordat je de energie E geleverd hebt: t = E/P  (net zoiets als tijd = afstand/snelheid)
Dus die formule van jou geeft aan hoe lang het duurt, t seconden, om die energie E te leveren.
E nodig =  mcΔT 
E geleverd = P.t   (energie per seconde x aantal seconden) dus t = E/P
E nodig = E geleverd

t = E/P =   mcΔT/P

Dankjewel! Ik snap het!