ophaalkracht

Tom stelde deze vraag op 24 april 2012 om 18:44.

Kan iemand mij helpen met deze vragen, ik moet namelijk een pracitcum verslag maken en antwoord geven op de volgende vragen (zij bijlage voor gegevens). 

 

 

1. Verklaar de overeenkomst als je het moment van de zwaartekracht vergelijkt met het moment van de ophaalkracht.

 

Het moment van de zwaartekracht is bijna gelijk aan het moment van de ophaalkracht. De ophaalbrug is dus in evenwicht en er geldt dus M+ = M-, waarbij de zwaartekracht het negatieve moment is en de ophaalkracht het positieve moment.

 

2. Hoe noem je het verband dat in je de grafiek gevonden hebt?

 

Dit heet een lineair verband.

 

3. Geef kwantitatief het verband tussen de ophaalkracht en de afstand tot het draaipunt.

 

Zoals als eerder staat beschreven in de conclusie is er hier sprake van een lineair verband, maar deze uitwerking was niet precies. Een precieze formule is als volgt: y= -0,0795x + 6,5194. Waarbij x= de afstand tot het draaipunt in centimeter (cm) en y= ophaalkracht in newton in newton (N). Aan de formule kan men zien dat er hier sprake is van een lineair verband want: y = ax + b. Als je voor x 30,00 invult, krijgt men y =-0,0795 x 30,00 + 6,5194 = 4,1344.

Nu heb ik zelf wel geantwoord, maar volgens mij klopt dit niet... 

 

(zie bijlage)

Reacties

Jan op 24 april 2012 om 19:47

Tom, 24 apr 2012

2. Hoe noem je het verband dat in je de grafiek gevonden hebt?

 

Dit heet een lineair verband.

 

oh??

Dus bij een arm van 0 zou je met 6,4 N toekunnen, en bij een arm van 85 cm heb ik geen kracht meer nodig???

zie geëxtrapoleerde grafiek :

 

Tom op 24 april 2012 om 20:13

Nee dit klopt inderdaad niet... Wat kan ik hier dan over zeggen? Mijn natuurkunde leraar is helaas afwezig, en nu kan ik hem niet meer benaderen... 

Tom op 24 april 2012 om 20:16

Bestaat er dan misschien een exponentiel verband... ?

Tom op 24 april 2012 om 20:37

Sorry voor al deze reacties, maar ik denk dat ik eruit ben. Volgens mij bestaat er een omgekeerd evenredig verband tussen de twee. 

 

Je kan de arm zien als x en de kracht als y, het moment is steeds gelijk en dus de constante. 

x . y = constante

Zit ik goed met mijn conclusie?

Graag reactie 

Jan op 24 april 2012 om 23:27

Dag Tom,

Inderdaad, omgekeerd evenredig. Die rechte was wel een beetje een overmoedige conclusie. Met je meetpunten aan de uiteinden boven je rechte en in het midden er overal onder is een kromme véél waarschijnlijker.

Zo te zien heb je je grafiek in excel gemaakt? Excel kan ook dit soort functies "fitten", als ik het me goed herinner moet je dan naar een polynoom laten zoeken.

Oh, enneh, we kijken hier zeer regelmatig, maar we zijn ook niet constant online.

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft zestien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)