remmen op hellend vlak

sven stelde deze vraag op 04 maart 2005 om 20:23.
Beetje hulp met dit vraagstuk over remmen op en hellend vlak aub.

Een wagen met een massa van 900 kg rijdt rechtlijnig een helling af met een snelheid van 96km/h. De helling maakt een hoek van 15° met de horizontale. De wrijvingscoëfficiënt tussen banden en wegdek = 0,75  Bereken:
1) Hoe groot is de remtijd tot volledige stilstand als de wielen totaal blokkeren?
2) Wat zijn de reacties tussen elk v/d 4 wielen en de weg?

Reacties

Rob op 04 maart 2005 om 21:53
Geef eerst eens aan hoe ver je zelf bent, dan kunnen anderen je helpen. Als een ander de oplossing aandraagt leer je niets
Sven op 05 maart 2005 om 08:47
Zelf rekenen doe ik ook hoor Rob. Ben de volledige leerstof van het hoger secundair technisch aan't herhalen (mech-elektr).
1/ is dit juist?
S=V²/2a
a=g*sin15 (g=10)
a=2.58
S=1368,5m
t²=S*2/a ==== 32.57s

2/ de reacties, is dit nog snelheidsgevoelig of is het gewoon het ontbinden van de 9000N over de afstanden/2 ???
Melvin op 05 maart 2005 om 09:23
Beste Sven,

ad 1/: je zit op de goede weg, maar wat je doet is wel een beetje omslachtig; je rekent eerst de afstand uit en daarmee de afgelegde tijd. Vul je je gebruikte formules in elkaar in krijg je:
t²=S*2/a=(v²/2a)*2/a=v²/a², dus: t=v/a.

Dit is erg logisch, want als de versnelling constant is (wat hier het geval is), wordt de snelheid gewoon v=a*t, waar dezelfde formule uit volgt. De berekening van de a is nog niet goed. Je moet namelijk even bedenken of de wrijving bij een hoek van 0 of 90 graden maximaal is en hieruit bepalen of je de sinus of cosinus moet gebruiken. Verder wordt de kracht (en dus ook de versnelling) van de wrijving op het wegdek vermenigvuldigd met de wrijvingscoëfficiënt om de wrijvingskracht (-versnelling) evenwijdig aan het wegdek te krijgen. Verder moet je er in je versnelling rekening mee houden dat de zwaartekrachtsversnelling het remmen tegenwerkt; de auto wil namelijk naar beneden rollen. Hoe groot zou je deze versnelling nemen? Je moet ook even oppassen dat als je antwoorden gaat geven met meer dan 1 cijfer significantie, dat g niet gelijk is aan 10, maar aan 9,81.

ad 2/: die heb ik nu al beantwoord, volgens mij...

Ik hoop dat ik je hiermee verder op weg heb geholpen...

Groeten, Melvin

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft drieëntwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)