Dag Melvin,

kun je iets meer omschrijven waar je profielwerkstuk over gaat?

op de manier dat je het nu omschrijft is het niet subjectief, maar voor meer interpretaties vatbaar, en daarom niet te omschrijven door een natuurkundig principe.

ik zal eens gokken: 

-Gaat het over projecties en overlapping in een 3d omgeving

-Gaat het over de eigenschappen van het mensenlijk oog om lijnen waar te nemen? (de maximale afstand bijvoorbeeld)

-het kan zelfs gaan over de waarneming van mensen in bepaalde situaties (bij beweging of stress situaties)

meer informatie over de soort lijnen is ook nodig. het kan gaan over gekromde of rechte lijnen, een patroon of een complete omgeving. 

Het gaat om de zichtbaarheid van vislijnen onder water, in hoe verre een lijn onzichtbaar is onderwater. Dus hoe goed die lijn wordt gezien. De bedoeling is een experiment waarbij je van verschillende lijnen de zichtbaarheid bepaald, maar de vraag is hoe doe je dat.

 Mvg Melvin

ah,

dat veranderd de zaak.

In het begin dacht ik nog na over troebelheid van het water en de hoek waaronder je het bekijkt, maar ik denk dat ik weet wat de vraag inhoud.

Waar je je op moet richten is de brekingsindex van de verschillende lijnen.

Een simpel experiment om mee te beginnen:

neem een plastic object met veel details en zet dit achter een cilindervormig glas.

als je door het glas naar het plastic kijkt, zul je zien dat het glas het beeld iets verstoord.

vul nu het glas met water en je zult zien dat het object volledig omgedraaid te zien is door het glas..

neem een RECHTHOEKIGE bak met water en doe nu hetzelfde experiment, en vraag je vervolgens af waarom een druppel water onzichtbaar is, als het in contact staat met het omringende water.

kleur enzo is ook nog belangrijk, maar ik denk dat dit een sleutel kan vormen.

ik bedoelde:

doe het vorige experiment IN een bak met water.