warmte en toestandsfunctie
benny stelde deze vraag op 10 mei 2007 om 23:41.Reacties
Beste Benny,
De warmte, Q, is de energie die door het temperatuursverschil wordt uitgewisseld tussen twee objecten en is dus geen eigenschap van een object. De temperatuur T (die in de volksmond vaak warmte wordt genoemd) is wel een eigenschap van een object: de fiets heeft een temperatuur 20 graden Celcius. Je kan van een object wel meten wat zijn soortelijke warmte is, reactie enthalpie, temperatuur etc., maar niet hoeveel arbeid hij heeft verricht of hoeveel warmte hij heeft afgestaan, vandaar dat arbeid en warmte geen toestandsfuncties zijn.
Overigens zijn de soortelijke warmte, verdampingswarmte en condensatiewarmte van een object ook geen vormen van warmte (hoewel de naamgeving misschien anders suggereert), maar beschrijvingen hoe het object op warmte reageert: hoe veel warmte het object nodig heeft voor een temperatuursstijging, hoeveel warmte een stof nodig heeft om een bepaalde hoeveelheid te verdampen en hoeveel warmte vrijkomt bij het condenseren van een bepaalde hoeveelheid stof. Dit zijn allen eigenschappen van het object/de stof, dus toestandsfuncties.
Was dit behulpzaam?
Groet,
Melvin
Ik begrijp het nu wel beter. Ik moet het nog even laten bezinken omdat ik nog met het onderwerp bezig ben. Je schrijft dat je van een obeject niet kunt meten hoeveel arbeid het heeft verricht en hoeveel waarmte het heeft afgestaan, dat vind ik raar. Ik kan toch uitrekenen hoeveel arbeid(b.v. ikzelf) er is verricht door een object. En dat met b.v. afkoelen een hoeveelheid warmte is afgestaan. Misschien wil je hierop nog reageren.
Groetjes, Benny
Beste Benny,
Je schreef: Je schrijft dat je van een object niet kunt meten hoeveel arbeid het heeft verricht en hoeveel warmte het heeft afgestaan, dat vind ik raar. Ik kan toch uitrekenen hoeveel arbeid(b.v. ikzelf) er is verricht door een object. En dat met b.v. afkoelen een hoeveelheid warmte is afgestaan.
Je zegt het zelf al. Aan de toestand van een object (en dat wil dus zeggen op een bepaald moment) kun je niet bepalen hoeveel warmte het heeft afgestaan, of hoeveel arbeid het heeft verricht. Wél door tijdens het proces de toestandsverandering in de gaten te houden. Vandaar ook bijvoorbeeld die "delta" (symbool voor "verandering van") in die formule voor warmte: Q=m·c·ΔT . Of in de formule van arbeid W= F·s, waar die s staat voor "afgelegde weg" wat hetzelfde is als verplaatsing (verandering van plaats x oftewel Δx ; zoek maar eens in tabel 4 van BINAS bij "verplaatsing"), zodat er eigenlijk staat: W= F·Δx
Wat Melvin ook al zei, de vaktermen warmte, soortelijke warmte, reaktiewarmte etc zijn eigenlijk gewoonweg ongelukkig gekozen. En wees gerust, de halve wereld is ermee in de war, des te meer omdat het woord warmte in het dagelijks (niet natuurkundig) leven eigenlijk uitwisselbaar is voor temperatuur.
Weer een beetje duidelijker?
Groet, Jan
Bedankt voor het antwoord. Het wordt steeds duidelijker.
Groetjes, Benny