Beste Michelle,
Je vraagt nu een van de diepste dingen van de natuurkunde, namelijk dat alles zowel een deeltjes als een golfkarakter heeft.
Voor licht komt het bijvoorbeeld naar voren in de volgende situaties:
Licht kan zichzelf uitdoven. Je kan een tralierooster met laserlicht verschijnen en op sommige punten is er positieve en op andere punten is er negatieve interferrentie. Dit is een duidelijk golfkarakter. Een deeltje kan niet met zichzelf interferreren.
Je kan zeilen op licht. Licht kan impuls overbrengen, bijvoorbeeld door zonnezeilen. Zie wikipedia hier bijvoorbeeld over. Dit is een typisch deeltjeskarakter.
Het blijkt dus zo te zijn dat alles, zelfs jijzelf, zowel deeltje als golf is, en dat het van de situatie afhangt waarmee je het het beste kan beschrijven. Zo kunnen ook elektronen interferrentie vertonen, bijvoorbeeld in het twee-spleten experiment. Het deetje gaat in dat geval door twee openingen tegelijk en dooft zichzelf op sommige plaatsen uit. Het is dan even een golf geworden.
Hoe dit precies werkt en wat de diepere gedachten erachter zijn, wil ik je graag besparen.
Was dit duidelijk genoeg?
Groet,
Melvin