Beste Wesley,
1.
Een zuivere toon (bijvoorbeeld een grondtoon) is periodiek. Dat wil zeggen dat hij na een bepaalde tijd T zichzelf herhaalt. T wordt hierbij gegeven door T =1/f met f de frequentie.
De (golf)lengte lambda van de toon is de afstand waarop de trilling zich herhaalt. Maar als de trillingstijd T is en de snelheid van de trilling v, dan weet je dat die lengte dus gelijk moet zijn aan:
lambda = v * T
Je mag hier zelf een vergelijking van maken waar f in voor komt.
2.
Wat zijn de boventonen van de snaar? Die worden gegeven door een geheel aantal keer de grondtoon. Zo heeft snaar a de boventonen 880 Hz, 1320 Hz, 1760 Hz, enz.
Als je zo'n zelfde rijtje opstelt voor snaar e, dan krijg je een aantal boventonen die ook in het rijtje voor snaar a voorkomen. Ze hebben dus (minstens 1) dezelfde boventoon.
Was dit duidelijk?
Groet,
Melvin