afstand en tijd

gert stelde deze vraag op 28 januari 2007 om 20:23.

hallo ik een vraagje...ik kan dit verhaaltje maar niet oplossen /?en heb morgen pw kunt U mij helpen

 

janneke en haar broer wonen op  800 m van school. op een ochtend vertrekken ze tegleijk van huis. tom gaat te voet en loopt steeds met een snelheid van 2.0m/s janneke gaat op de  fiets en fiets steeds met 8.0m/s  maar na 35s loopt de  ketting van de fiets vast en repareren duurt haar 4 minuten daarna rijdt ze weer met 8.0 m/s

vraag op welk tijdstpit haalt tom janneke in ??

\

en wie was  het eerst op school hoveel meter moest de andere toen nog afleggen? ?

kunt U dit oplossen zou het dan in stappen mogen en niet te moeilijk uitgelegd alvst hartstikke bedankt 

Reacties

Jaap op 28 januari 2007 om 23:30

Dag Gert,
Janneke fietst eerst s=v×t=8×35=280 meter. Dan staat ze 4 min = 240 seconde stil.
Over die 280 meter doet Tom 280/2=140 s. Tom haalt Janneke in op het tijdstip 140 s.

Janneke rijdt weer verder op 35+240=275 s na het begin.
Ze moet dan nog 800−280=520 m fietsen naar school.
Over dat stuk doet ze 520/8=65 s.
Zij komt op school aan 240+65=305 seconde na het begin.
Tom loopt 800 m in 800/2=400 s.
Janneke komt dus eerder bij de school.

Tom moest toen nog 400−305=95 seconde lopen.
In die tijd liep hij 95×2=190 meter.
Succes met je proefwerk, Jaap Koole

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft achtentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)