Hoi,

De belangrijkste magnetische eigenschappen  van een permanente magneet zijn de magnetisatie (die grofweg de sterkte van het door de magneet opgewekte veld bepaald) en de coercitiefkracht of coerciviteit. Dit laatste is geen kracht maar de waarde van een extern magneetveld waarbij de magnetisatie van de magneet hetzij instantaan ompoolt of (meer algemeen) een nuldoorgang heeft. Je legt dus een magneetveld aan met een richting tegengesteld aan de magnetisatie van de magneet (d.w.z. tegengesteld aan het magneetveld dat door de magneet wordt opgewekt). Zolang de waarde van het externe veld beneden de coercitiefkracht blijft zal de magneet niet of weinig (intern) ompolen.  Wanneer de coercitiefkracht wordt benaderd begint de magneet zich al sterker (gedeeltelijk) om te polen om vervolgens bij een bepaald veld (dat dus als definitie van de coerciviteit geldt) een nuldoorgang (tekenwisseling of ompoling) van de magnetisatie door te maken. Voeren we het externe veld dan nog verder in grootte op dan zal de magnetisatie evenwijdig aan de externe veldrichting zijn. Laten we het externe veld vervolgens weer afnemen naar nul dan zal de magnetisatie echter niet meteen bij de veldwaarde die overeenkomt met de coecitiefkracht opnieuw ompolen. Eerst wanneer het externe veld vervolgens in de tegenovergestelde richting wordt aangelegd (omgepoold) en de waarde van het veld wordt opgevoerd tot de coercitiefkracht vind opnieuw een ompoling van de magnetisatie plaats.

Het is in dit verband denk ik handig voor jezelf om op het internet iets over zg. hystereselussen (hysteresis-loops in het engels) van een magneet te zoeken. Dan zie je meteen hoe het magnetisatieproces in een magneet grofweg verloopt. Hopelijk heb je hier echter toch iets aan. Jan

Dag Cindy,
Als je in de tweede of derde klas vmbo/havo/vwo zit, heb je misschien iets aan het volgende antwoord.
Als je een permanente magneet vriendelijk behandelt, is hij blijvend magnetisch. Het is niet een magneet die je aan of uit zet.
Als je een permanente magneet grof behandelt, verliest hij wel zijn magnetisme. Dat gebeurt:
- door schokken (slagen met een hamer; laten vallen);
- door de magneet te verhitten of
- door er een héél sterke magneet bij in de buurt te brengen, zoals Jan heeft beschreven.
Bij een permanente magneet kun je de sterkte niet gemakkelijk regelen. (Bij een stroomspoel/elektromagneet kan dat wel: meer of minder stroom erdoor laten gaan).
Groeten, Jaap Koole