Dag Nina,
Als cos alfa=1/0,25=0,40 dan is alfa de boogcosinus van 0,40.
In plaats van boogcosinus zeggen we ook wel inverse cosinus of (naar het Engels) arccos.
De boogcosinus is de inverse ("omgekeerde") functie van de cosinus.
In plaats van boogcosinus zeggen sommige mensen cos−1; zo staat de boogcosinus op veel rekenmachines.
Hoe je de berekening op je rekenmachine invoert, hangt van het type af.
Op het ene apparaat typ je 0.40 en dan cos−1. Op het andere apparaat type je cos−1( en daarachter 0.40) [enter].
Let bij het berekenen van alfa op de instelling van de rekenapparaat: in graden of radialen.
Succes in de toetsweek, groeten, Jaap Koole