max snelheid/debiet door transfusienaald

Nathalie stelde deze vraag op 10 juni 2006 om 16:30.

hoi! Ik heb een klein probleempje; het volgende vraagstuk lukt niet op mijn manier, want de antwoorden zijn al gegeven;

 Op de spoedopname komt een persoon binnen die ten gevolge van een ongeval hel wat bloed heeft verloren. Zijn gemiddelde bloeddruk is 50mm kwik. De arts besluit bloed te transfuseren. De slang die het van zakje bloed naar de naald loopt is breed genoeg om geen belangrijke weerstand te bieden tegen het bloed. De naald is 4cm lang en heeft een interne diameter van o,5mm. De viscositeitscoefficient van bloed is 1,5.10^-3 Pa.s Het verschil in soortelijk gewicht van bloed en water mag verwaarloosd worden.

a) Als het zakje met bloed 1m hoog boven de naald hangt, hoeveel bloed stroomt er dan gemiddeld per s door de ader (in m^3/s)  antwoord: 8,08.10^-8

Waarom wordt deze vraag niet via de wet van Pouiseuille opgelost?

B) tot hoe hoog is de systolische bloeddruk van de patient gestegen als het debiet tijdens de cyclus even tot nul daalt.

blijkbaar is dit 9810, hier raak ik al helemaal niet uit wijs ik dacht dat het 0 was

 Ik hoop dat jullie me dit kunnen uitleggen :)

Alvast bedankt!!

Reacties

Jaap op 14 juni 2006 om 00:29

Dag Nathalie,
Laten we voorlopig aannemen dat de stroming in de naald laminair is. Dan is het drukverlies door wrijving in de naald volgens "Poiseuille" Δpw=(8×η×L×Φ)/(π×R2^4) met η is de viscositeit van het bloed (0,0015 Pa×s), L is de lengte van de naald (0,04 m), Φ is het gevraagde volumedebiet (in m³/s), π=3,14... en R2 is de inwendige straal van de naald (0,00025 m).
Indien de stroming stationair is, geldt bij benadering dat de druk van een kolom bloed met een hoogte h=1 m gelijk is aan de som van Δpw en de overdruk van het bloed in het bloedvat →
ρb×g×h=(8×η×L×Φ)/(π×R2^4)+ρk×g×hk met ρb is de dichtheid van het bloed, g is de valversnelling, ρk is de dichtheid van het kwik en hk is de hoogte van de kwikkolom waarmee de overdruk in het bloedvat wordt aangegeven (50 mm=0,050 m).
Herschrijven levert Φ=(ρb×h−ρk×hk)×π×R2^4/(8×η×L). Waarden invullen levert inderdaad een volumedebiet van ongeveer 81 mm³/s.
Met v2=Φ/A2 vinden een gemiddelde stroomsnelheid v2 in het bloedvat van ongeveer 0,41 m/s, zodat het kental van Reynolds Reb×v2×D2/η=137. Omdat dit kleiner is dan 1000, zou de stroming in de naald inderdaad laminair kunnnen zijn en zou de gebruikte formule voor het drukverlies door wrijving geldig kunnen zijn.
Groeten, Jaap Koole

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft eenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)