Dag Sandra,
De verklaring zou kunnen liggen in de meetonzekerheid. Hoe goed je ook je best doet, geen enkele meting is volmaakt.
- was je lengte (afstand draaipunt - massamiddelpunt blokje) precies 20,0 cm?
- stond je slinger onder een vacuümstolp?
- was je touwtje massaloos?
- hoeveel zou je tijdmeting kunnen afwijken?
- .........etc .......
Het is best lastig om een zo korte tijdsduur als 0,96 seconde met een stopwatch nauwkeurig te meten. Om de meetonzekerheid te verkleinen, meet je niet één maar bij voorbeeld twintig slingertijden en deel je door 20. En je voert herhaalmetingen uit om te zien of er veel spreiding in de resultaten zit. Verder zou je g kunnen bepalen met een grotere slingerlengte. De slingertijd is dan groter en misschien beter meetbaar.
Het verschil is overigens niet dramatisch groot. Met T=0,89 s vind je wél g=9,8 m/s².
En tot slot: het experiment is de baas. Als je zorgvuldig werkt en niet uitkomt op 9,8 m/s², heeft g pech gehad. Dat wil niet zeggen dat je proef is mislukt. Wél proberen redenen te vinden voor je "afwijking".
Succes met je onderzoek, Jaap Koole