entropie

Anne stelde deze vraag op 06 april 2006 om 14:49.

Bij de tweede hoofdwet van de thermodynamica (entropie) hebben we het volgende gezien:

"Voor een niet thermisch geïsoleerde systemen dat dS<0 kan zijn. Bij een reversibel proces betekent dit het onttrekken van warmte aan het systeem. Verklaar"

Het enige wat ik kon bedenken is dat dit het geval is bij negatieve temperatuur?? Maar wellicht is dit niet het juiste antwoord?

Hopelijk kan iemand het me uitleggen?

bedankt!

Reacties

Bert op 06 april 2006 om 21:22

Beste Anne,

het verband tussen warmte en entropie wordt gegeven door:

dQ=TdS.

Als een proces reversibel is, dan verandert de entropie niet, d.w.z. dS=0.

Een proces waarbij dS<0 is niet mogelijk in een gesloten systeem maar wel in een deelsysteem, dat niet thermisch geisoleerd is. Hiervoor geldt dan dat dQ=TdS < 0, m.a.w. er wordt warmte aan het deelsysteem onttrokken. Deze warmte wordt afgevoerd naar de omgeving, en daarvan neemt de entropie dus toe.

Bij een negatieve temperatuur gebeuren er allemaal rare  dingen. Dan neemt dat de entropie af als er warmte wordt toegevoerd (!) en dat geldt dan voor een geisoleerd systeem. Het lijkt me niet dat deze situatie bedoeld wordt, maar dat idee had je zelf ook al.

Bert 

 

 

Schipper op 07 april 2006 om 08:12

Volgens mij moet je in de thermodynamica gebruik maken van K en niet van °C. De K schaal bevindt zich alleen aan de positieve kant van de nul (per definitie).

Bert op 07 april 2006 om 14:36

Beste Schipper W,

er bestaan wel degelijk systemen met een negatieve temperatuur (gemeten in Kelvin). In zulke gevallen spreekt men van 'populatie-inversie', dat wel zeggen dat de energie-niveaus met een hogere energie een hogere bezettingsgraad hebben dan de lagere energieniveaus. Dit is bijvoorbeeld het geval in een laser en kan ook in kernspinsystemen tot stand gebracht worden.

Mijn opmerking hierboven heeft betrekking op zulke systemen.

Bert 

Anne op 08 april 2006 om 20:16

Opnieuw hartelijk bedankt !!

 

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft zesentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)