In de Volkskrant van 9 april 2019 staat een artikel over gehoorbeschadiging bij musici die in een klassiek orkest spelen. De aanleiding is de rechtszaak die de Britse altviolist Chistopher Goldschneider aangespannen en gewonnen heeft. Hij sprak van een akoestische shock van 18 koperblazers, met een geluidsniveau van 137 dB.
Een symfonieorkest heeft altijd een vaste opstelling.
a) Zoek een plaatje van de indeling van zo’n orkest en leg daarmee uit dat juist altviolisten de meeste kans hebben op een gehoorbeschadiging.
De altviolen zitten voor de koperblazers.
In Binas staat de tabel met de akoestische schaal voor de mens.
b) Met welk geluid komt 137 dB overeen?
Met een startend straalvliegtuig op 50 meter afstand.
De kans op gehoorbeschadiging hangt in het algemeen af van twee grootheden.
c) Welke twee zijn dat?
De sterkte van het geluid en de duur van de blootstelling eraan.
Er zijn een aantal maatregelen genomen door orkesten om de kans op gehoorbeschadiging te verminderen. Een van de maatregelen is een grotere afstand van de altviolisten tot de koperblazers.
d) Leg uit waarom het geluid in dat geval minder sterk is.
(De energie van) het geluid verspreidt zich door de ruimte zodat minder de oren van de altviolist bereikt.
e) Verzin nog een aantal andere maatregelen.
Mogelijke antwoorden:
- gehoorbeschermers voor de violisten;
- schermen tussen de musici om geluid af te schermen;
- materiaal tussen de musici dat geluid absorbeert;
- rust nemen na repetities of concerten.