In de NRC van 20 oktober 2018 stond een artikel over de grootte van waterdruppels. De diameter varieert van 0,1 mm tot 6 mm. Er is veel onderzoek gedaan naar de mechanismes die de grootte van een druppel bepalen. Zo is onlangs ontdekt dat in een gewone bui druppels met een diameter van 6 mm en groter naar beneden vallen en dan instabiel worden totdat ze uit elkaar spatten naar kleinere druppels.
Grotere regendruppels vallen sneller, soms met wel 30 km/h. Er treden dan ingewikkelde processen op. Maar sommige vragen kun je zelf in een profielwerkstuk of een open onderzoek nader onderzoeken.
Dit zijn een aantal onderzoeksvragen die opkomen bij het lezen van de informatie:
- Is het mogelijk te filmen wat er gebeurt als een druppel van 6 mm diameter naar beneden valt?
- Is het mogelijk het verband te meten tussen de druppeldiameter en de eindsnelheid?
- Kloppen de metingen met het model met bijbehorende formule dat de valsnelheid bepaald wordt door de wrijvingskracht op een ronde druppel?
- Is het waar dat je tijdens een bui natter wordt van kleine druppels dan van grote (natuurlijk met dezelfde waterhoeveelheid)?
Een mooie lijst met vragen voor onderzoek. Wie durft het aan de eerste stappen te zetten?