Opgave
Om de temperatuur van water te meten gebruiken we een temperatuursensor. Van deze sensor is eerst een ijkgrafiek gemaakt. Zie onderstaande figuur.
a) Bepaal de gevoeligheid van deze sensor.
We gebruiken de temperatuursensor om de temperatuur van het water in een aquarium te meten. Deze temperatuur moet tussen 15 °C en 25 °C blijven. We willen een schakeling maken die ervoor zorgt dat er een lampje gaat branden als de temperatuur buiten dit gebied ligt. De verwerkers waarover we beschikken zijn hieronder weergegeven. Het lampje brandt alleen bij een hoog signaal.
b) Teken in bovenstaande figuur de verbindingslijnen die nodig zijn om aan de gestelde eisen te voldoen. Als je comparatoren gebruikt, moet je aangeven op welke referentiespanning deze moeten worden ingesteld.
c) Leg uit of je dit systeem als een meet-, een regel- of een stuursysteem moet beschouwen.
Uitwerking vraag (a)
• De gevoeligheid:
Uitwerking vraag (b)
• Uit de grafiek moet je afleiden dat bij 15 °C een waarde 2,10 V hoort en bij 25 °C de waarde 2,45 V.
Uitwerking vraag (c)
• Bij een meetsysteem wordt alleen de waarde gemeten. De sensor is het meetsysteem. Bij een stuursysteem wordt dat verwerkt en dit leidt tot een actie. Dat is hier het geval.
• De actie is het branden van de lamp als de temperatuur niet in het gewenste gebied zit. Het zou een regelsysteem zijn geweest, als het gevolg van die actie het beïnvloeden van die temperatuur was, maar dat is niet het geval.
• Een regelsysteem omvat een stuursysteem, dat op zijn beurt weer een meetsysteem omvat.