10. Een soepele bocht
- De hoek α is 20°
- De straal van de bocht is 15 m.
Bereken de snelheid van de wielrenner.
Uitwerking
In vertikale richting is de resulterende kracht nul (de wierenner stijgt niet op en zakt ook niet door de weg).
Dus:
moet de middelpuntzoekende kracht voor de cirkelbeweging leveren, dus...
In de figuur boven zie je dat...
...dus...
De massa valt eruit en je rest kan je invullen:
Daaruit volgt dat...
Wil je bij hogere snelheden de bocht soepel kunnen nemen dan moet de hoek α groter worden.