Tijdrit start

Onderwerp: Kracht en beweging

Met deze opgave analyseer je de beweging van een fietser die vanuit stilstand begint aan een tijdrit. De kracht die de fietser levert is constant, de weerstand die de fietser ondervindt hangt af van de snelheid. In dit vraagstuk onderzoek je hoe deze twee factoren de snelheid beinvloeden.

Open de onderstaande simulatie en laat het model lopen. In het bovenste scherm is naast de beweging van de wielrenner ook te zien hoe tijdens de beweging de snelheid, afstand en de twee krachten veranderen.

 

In het begin neemt de snelheid bijna lineair toe omdat de luchtweerstand dan nog erg klein is. De versnelling van de wielrenner is dan vrijwel 0,5 m / s2.

a) Waardoor wordt de versnelling van 0,5 m / s2 veroorzaakt?
b) Hoe kun je aan de grafiek zien dat de versnelling in het begin 0,5 m / s2 is?
c) Waardoor wordt de toename van de snelheid geleidelijk steeds minder?
d) Leg uit waardoor de snelheid uiteindelijk constant wordt.
e) Controleer of de snelheid na twee minuten constant geworden is, en bepaal hoe groot die constante snelheid dan is.

Deze opgave is afkomstig van de NiNa module 'Wisselwerking en Beweging' . Deze module is op dit moment in een testfase. De module is ontwikkeld door Peter Dekkers, Kees Klaassen, Marjolein Vollebregt, Kees Hooyman en Koos Kortland. De simulatie is gemaakt door Rob Ouwerkerk.

Kijk voor meer informatie over Nieuwe Natuurkunde op de website van “NiNa”