Opgave
Op het tijdstip wordt het linkeruiteinde A van een horizontaal gespannen koord in harmonische trilling gebracht. Hierbij begint A met vanuit de evenwichtsstand omlaag te gaan. Beschouw het koorddeel AZ dat een lengte heeft van 32 λ.
a) Schets de stand van het koorddeel AZ op het tijdstip , als A voortdurend in trilling blijft (noem dit figuur I).
b) Schets de stand van het koorddeel AZ op het tijdstip, als A slechts 12 trilling uitvoert (noem dit figuur II).
Uitwerking vraag (a)
• Na een tijd T heeft punt A 1 oscillatie gemaakt en is het voorste punt van de golf naar rechts gegaan.
• , dus het voorste punt van de golf rechts van A. Dit is dus bij punt Z.
• Punt A begon omlaag te gaan, dus het voorste punt van de golf (inmiddels bij punt Z) begint omlaag. (zie figuur I)
Uitwerking vraag (b)
• Er zijn 12 trillingen uitgevoerd, dus het begin van de golf ligt rechts van het eind.
• , dus het begin van de golf is naar rechts van punt A gegaan. (zie figuur II)