Opgave
Een oog met een nabijheidpunt op 40 cm krijgt een contactlens van -1,00 dpt.
a) Bereken de kleinste afstand waarop het oog met contactlens nog scherp ziet.
b) Bereken of hij een voorwerp op 2,00 m afstand scherp kan zien.
Uitwerking
Het nabijheidpunt ligt op 40 cm. Dat betekent dat bij maximaal accommoderen het oog scherp stelt op 40 cm ervoor. Ook als daar een lens tussen zit.
Dan kijkt het oog naar het virtuele beeld op 40 cm ervoor en is voor die lens b = -40 cm.
S = -1,00 dpt dus f = -1,00 m.