Opgave
a) Beschrijf een opstelling waarmee het absorptiespectrum kan worden gemaakt.
b) Leg de atomaire achtergrond van het ontstaan van het absorptiespectrum uit en geef een toepassing van dit spectrum.
Uitwerking vraag (a)
Een lichtbron die alle frequenties en dus alle energieën bevat, zendt zijn licht door een ruimte waarin zich de stof dat gaat absorberen. Je kijkt dan door een spectroscoop naar het uit die ruimte komende licht. Het essentiële onderdeel van de spectroscoop is een prisma of een tralie.
Uitwerking vraag (b)
De elektronen van een atoom kunnen alleen maar bepaalde waarden aan energie hebben. Als fotonen met alle energieën bij het atoom komen, zullen alleen die fotonen worden opgenomen die een energie hebben die overeenkomt het energieverschil tussen die bepaalde waarden. Die fotonen zitten dan niet meer in de doorgaande bundel licht.
Dit effect zorgt voor dunne zwarte lijntjes in je genomen spectrum.
Belangrijke toepassingen zijn:
- sterrenkunde (chemische samenstelling van sterren bekijken),
- samenstelling van stoffen bepalen (stof opdampen en er licht doorheen schijnen),
... en nog veel meer. Belangrijk van een antwoord is dat het goed gemotiveerd is.