Geleiding

Onderwerp: Thermische processen

havo/vwo, thermische processen examenniveau, 20 min

Opgave

Je kunt het geleidingsvermogen, uitgedrukt in de warmtegeleidingscoëfficiënt λ, onderzoeken via

In deze formule stelt Q de hoeveelheid warmte voor, t de tijd, A de oppervlakte waar de warmte doorheen gaat, ΔT het temperatuurverschil en d de afstand die overeenkomt met ΔT.

a) Leid uit de gegeven formule de SI-eenheid van λ af. Let op: Het gaat dus niet om de uitkomst zoals je die in BINAS kunt vinden; jouw antwoord zal zelfs anders zijn!

De experimentele opstelling is hieronder te zien.

De beginsituatie:
Twee gelijke bollen A en B, elk bestaand uit 1,00 dm3 massief zilver en beide 100 °C, zijn door middel van een staaf metaal, resp. ijzer en koper, van 0,60 m lengte en een doorsnede van 0,500 cm2 verbonden met een bak met smeltend ijs.

Het experiment:
Op t = 0,00 s wordt het geheel thermisch geïsoleerd van de omgeving en zal de temperatuur van de bollen gaan dalen. Je mag er van uit gaan dat de bovenkant van de staaf dezelfde temperatuur heeft en houdt als de bol en het andere einde van de staaf de temperatuur heeft en houdt als het smeltende ijs.

b) Bereken hoeveel ijs er minimaal in de bak moet zitten om ook in de eindsituatie nog ijs te bevatten.
c) Schets in één assenstelsel (Bijlage) het temperatuurverloop van beide bollen als functie van de tijd. Licht je schets toe.
d) Schets in één assenstelsel (Bijlage) de warmtestroom door beide staven als functie van de tijd. Licht je schets toe.

Bijlage